Waarschuwing voor advocate die verweerschrift post op Instagram

Bekend van de politiek, nu ook in de advocatuur: een Ollongrentje. Een advocate binnen het arrondissement Oost-Brabant post een foto op haar openbare Instagram-account waarop een nog niet ingediend verweerschrift zichtbaar is. Het komt de raadsvrouw op een waarschuwing te staan.

De vrouw verklaart dat ze de foto maart 2020 postte om aan haar volgers te tonen dat ze nog tot laat – acht uur ’s avonds – aan het werk was. Waarneembaar op de post was slechts een deel van haar computerscherm. Dat was echter voldoende om een geopend Word-document te openbaren met daarop een concept-verweerschrift in een lopende echtscheidingsprocedure.

Ongeveer drie uur later is de foto alweer verwijderd nadat het verweerschrift is herkend en herleid, dit op verzoek van de advocaat van de tegenpartij. Ook excuseert de raadsvrouw zich tegenover de opponerende advocaat. Het processtuk zelf wordt twee dagen later desalniettemin ingediend.

In strijd met geheimhoudingsplicht 

Het plaatsen van de foto is in strijd met het tuchtrecht (artikel 46 Advocatenwet), concludeert de Bossche Raad van Discipline in een uitspraak die deze week is gepubliceerd. De advocate heeft door het tonen van het verweerschrift ‘de gespannen relatie tussen partijen onder druk gezet, terwijl de post geen enkel redelijk doel diende en het plaatsen van dit bericht in strijd is met de geheimhoudingsplicht’.

Het zichtbare gedeelte van het verweerschrift bevatte, volgens de uitspraak, namelijk persoonlijke informatie betreffende de wederpartij wat ‘de verhouding van klaagster tegenover haar ex-echtgenoot op scherp heeft gesteld’. Dit terwijl een advocaat processtukken vertrouwelijk dient te behandelen, en niet enkel omwille van geheimhoudingsplicht tegenover de eigen cliënt; een advocaat mag ook de belangen van de tegenpartij niet nodeloos schaden.

Niet per ongeluk

De social media-advocate verweert zich door te stellen dat ze het betreffende processtuk niet met opzet heeft geopenbaard. Wel heeft ze vóór het posten ontdekt dat het verweerschrift waarneembaar was en, zo stelt ze, “zich ervan vergewist dat er in de tekst geen persoonsgegevens voorkwamen en dat de tekst niet herleidbaar was naar de zaak van klaagster.” Geen ongeluk dus, naar oordeel van de raad, waar bij komt dat het processtuk wél is herkend en herleidbaar is gebleken.

Ook de verdediging van de advocate dat de post maar kort online heeft gestaan, wordt van de tafel geveegd: een post op Instagram is immers eenvoudig te vereeuwigen middels een screenshot. Bovendien is de foto gepost in een fase van de procedure waarin nog niets openbaar was, en behandelde de rechtbank de zaak achter gesloten deuren.

Hoewel het gebruik van social media door advocaten toegestaan en gebruikelijk is, rest de tuchtrechter dan ook niets anders dan een maatregel. Het blijft nochtans bij een slap on the wrist: de Insta-advocate krijgt een waarschuwing en moet 1300 euro aan reis- en proceskosten betalen. De raadsvrouw haar excuses en het snelle verwijderen van de foto zijn hieraan debet.

Klik hier voor de uitspraak

Bron